Visie

Het “totale kindzorg” model ( ®CIJG SJB, Dekempeneer Erik)

In het streven naar een duidelijke visie en kader voor onze medewerkers hebben we ons centraal de vraag gesteld hoe de aanwezige deskundigheid het best tot zijn recht kan komen in relatie tot het hulpverleningsproces.

Kind en gezin moeten als geheel bekeken worden. Iedereen moet een gelijkwaardige en volwaardige plaats aan tafel krijgen wanneer de problematiek besproken wordt. Alle competenties moeten aangesproken worden. We geloven in een multidimensionele benadering.

Wanneer kinderen en hun opvoedingsverantwoordelijke(n) [IB-Context-Relevante derden] hulp nodig hebben, hebben zij een ongedeelde  zorgvraag. De zorg voor hen dient zo georganiseerd te worden dat die ongedeelde zorgvraag van kinderen en hun opvoedingsverantwoordelijken, één integraal antwoord krijgt = “totale kindzorg” ondersteund vanuit “driepoot” (zie verder)

Elke vraag van jongere en/ of gezin zal gelijktijdig bekeken en beantwoord worden, zowel vanuit sociaal-maatschappelijk, psycho-pedagogisch als organisatorisch oogpunt (=”driepoot”). Daarbij vinden we dat de begeleiders, en in het bijzonder de individuele begeleider, het voortouw moeten nemen in het uitzetten van het traject tijdens het verblijf van de jongere/gezin in de voorziening.  We vertrekken daarbij vanuit vooraf, door de coachen (maatschappelijk assistent en orthopedagoog), duidelijk geformuleerde doelstellingen, gedistilleerd uit het hulpverleningsprogramma van de verwijzer/aanmelder en de verwachtingen van de jongere/gezin en zijn/hun context.

De coachen begeleiden niet meer elk deelaspect maar zetten en ondersteunen mee het totale  traject. Gezin en jongere sturen aan. In deze geloven we sterk in het “tafelmodel” en “dialoog” als benadering van het proces binnen het gezinssysteem.  Jongere en context zijn,  in tijd en relatie, steeds direct betrokken. Dit wil zeggen dat we telkens opnieuw, bij elke heroriëntatie, nieuwe verwachtingen, nieuwe gezinssituatie, …met de, op dat moment, betrokken opvoedingsverantwoordelijke(n) rond de tafel gaan zitten om de evoluties en hun impact te bespreken.

Deze expertise wordt eveneens  ingezet in een breder veld van samenwerkingsverbanden met voorzieningen uit het preventief en/ of ondersteunend werkveld van begeleiding van jongeren/gezinnen en opvoedingsverantwoordelijken (DGGZ, Radar, CLB, Vertrouwenscentrum Kindermishandeling (VK), kinder- en volwassenpsychiatrie …). In de praktijk hebben jongeren en hun opvoedingsverantwoordelijken hulp nodig vanuit verschillende disciplines. Jongeren moeten niet doorverwezen worden van koker naar koker, maar één vloeiend begeleidingstraject ontvangen dwars door de verschillende disciplines heen.

Leidende principes bij het dagelijkse handelen/denken zijn het geloof in de mogelijkheden van de jongere/gezin en zijn/hun context, de bereidheid tot het geven van nieuwe kansen, en het gericht zijn op het vergroten van de zelfbeschikking;  het onvoor­waardelijk respect voor hun ideologie en afkomst, het handhaven van morele waarden als eer­lijk­heid, respect voor zichzelf en de ander, geweldloosheid, recht­vaardigheid en billijkheid. De jongere/gezin, zijn/hun context en zijn/hun relevante omgeving behouden de regie in het hulpverleningsproces dat ondersteund wordt door de medewerkers die het dichtst bij de jongere/gezin staan.